Ambitie met activiteiten
Onderstaand volgt een toelichting op de voortgang van de specifieke activiteiten die we in 2023 hebben uitgevoerd. Deze activiteiten zijn ook opgenomen in de programmabegroting voor 2023. We willen benadrukken dat we niet specifiek rapporteren over de reguliere activiteiten die we uiteraard ook hebben uitgevoerd in 2023, tenzij deze niet conform begroting zijn uitgevoerd.
Lokale belastingen
Vanuit het beginsel ‘de gebruiker betaalt’ is het uitgangspunt dat gemeentelijke belastingen en heffingen niet meer stijgen dan de inflatie en zoveel als mogelijk kostendekkend zijn. |
---|
Activiteiten - behaalde resultaten
● | Afschaffen van de hondenbelasting. | ||
---|---|---|---|
● | Onderzoeken van de huidige leges- en belastingtarieven en toekomstige ontwikkelingen daarin. | ||
● | Uitvoeren van de afspraken uit het plan van aanpak van de waarderingskamer. |
Toelichting
De uitvoering van het plan van de waarderingskamer is afgerond. Middels collegebrief van 28 februari 2024 is de raad geïnformeerd over de eindrapportage. De kostendekking van de gemeentelijke heffingen (onder andere afval en riool) en de legesverordening is een jaarlijks terugkerend proces. Uitgangspunt uit het coalitieakkoord is kostendekkende tarieven, met de kanttekening dat de tarieven voor de woonlasten als geheel niet meer stijgen dan de inflatie. Jaarlijks volgt in de Programmabegroting per belasting een tabel met de kostendekking. Met ingang van 2023 wordt in Hilversum geen belasting meer geïnd op het bezit van honden.
Verder is in 2023 de verordening precariobelasting geactualiseerd en is het aantal verschillende tarieven waarvoor precariobelasting wordt geheven teruggebracht. De heeft daartoe besloten met ingang 2024 en het financieel effect is in de begroting 2024 verwerkt.
Financiële analyse
Bedragen x € 1.000 | |||
Lasten | Baten | Saldo | |
Begroting na wijziging | 3.240 | -25.031 | -21.791 |
Realisatie | 3.566 | -25.328 | -21.762 |
Verschil (realisatie t.o.v. gewijzigde begroting) | 326 | -298 | 28 |
Het saldo van € 28.000 is het resultaat van een toename van de lasten met € 326.000 en een toename van de baten met € 298.000.
De stijging van de lasten kan worden toegeschreven aan toenemende proceskosten voor de afhandeling van bezwaarschriften en groeiende personeelskosten. Bovendien is er aan de lastenzijde een voordeel van ongeveer € 240.000 ontstaan door een lagere dan begrote bijdrage aan de voorziening voor dubieuze belastingdebiteuren. Dit komt doordat het totale bedrag aan onbetaalde belastingdebiteuren is gedaald van € 5,6 miljoen (eind 2022) naar € 3,7 miljoen (eind 2023). Omdat het bedrag aan onbetaalde belastingdebiteuren aan het einde van 2023 lager ligt dan verwacht is de toevoeging aan de voorziening minder hoog dan vooraf begroot. Dit resulteert in een incidenteel voordeel. De positieve afwijking van afgerond € 298.000 in de baten enerzijds te verklaren door een voordeel op de loon -en afdelingskosten van afgerond € 531.000. Daarnaast is er sprake van een vermindering van de OZB-opbrengsten niet-woningen (€ 121.000), OZB- opbrengsten eigenaren woningen (€ 48.000) en een nadeel op de dwang invorderingskosten
(€ 59.000).
De afwijking op de loon- en organisatiekosten wordt centraal toegelicht in de paragraaf Bedrijfsvoering.